Voorbeeld meerkeuzevragen over Grieken
De "donkere tijd" in de Griekse geschiedenis is:
a) 1300-800
b) 1200-700
c) 1200-800
d) 800-1200
De donkere tijd wordt zo genoemd omdat:
a) er toen regelmatig vijandelijke stammen invallen deden
b) de adel toen de baas was
c) de meeste mensen toen erg arm waren
d) we er weinig vanaf weten
De polis ontstond:
a) 800 voor Christus
b) 700 voor Christus
c) 600 voor Christus
d) 500 voor Christus
Wie had het in de begintijd van de poleis voor het zeggen?
a) de adel
b) de boeren
c) de handwerkslieden
d) de priesters
Athene loste het probleem van de overbevolking op door:
a) kolonisatie
b) verovering van de omliggende dorpen
c) betere bebouwing van de landstreek Attica
d) uitbreiding van de vloot
De Spartaanse jongens moesten allemaal vanaf hun zevende jaar een militaire opvoeding krijgen omdat:
a) ze niet op het land wilden werken
b) hun vaders in de Perzische oorlogen waren gesneuveld
c) Sparta een groot gebied onder zijn gezag moest houden
d) Sparta het beste leger van Griekenland wilde hebben
Geldprijzen kwamen in Griekenland bij sportwedstrijden in gebruik omdat:
a) de edelen armer werden
b) steeds meer deelnemers uit het gewone volk kwamen
c) de deelnemers zich gingen specialiseren
d) de bezoekersaantallen begonnen terug te lopen
Door Pericles konden in Athene ook de volgende personen ambten gaan bekleden en lid worden van de Raad van 500:
a) de vrouwen van de rijke kooplieden
b) de slaven van de rijke edelen
c) de vreemdelingen die langer dan vijf jaar in Athene woonden
d) de arme mannelijke burgers van Athene
Welke sport hoort niet thuis in de Griekse vijfkamp?
a) verspringen
b) boksen
c) speerwerpen
d) worstelen
De hoofdstad van Griekenland was:
a) Sparta
b) Athene
c) Delphi
d) geen van deze drie
Welke van de volgende omstandigheden leidde tot de kolonisatie door de Grieken?
a) de dreiging van de Perzen
b) het streven naar uitbreiding van de handel
c) de overbevolking
d) de verdeeldheid tussen de stadstaten
TEKST
Een beroemd toneelschrijver, Euripides, schreef:
"Een vrouw moet goed zijn voor alles in huis, maar daarbuiten goed voor niets"
Een andere beroemde Athener, de staatsman Pericles, zei over de vrouwen:
"Groot is Uw goede naam als U Uw mannen zo weinig mogelijk gelegenheid geeft om over U te spreken, of het nu is om te prijzen of om af te keuren."
Uit deze tekst blijkt dat:
a) deze twee mannen dachten dat een vrouw alleen maar goed was om huishoudelijk werk te doen
b) in de Atheense samenleving de man het belangrijkste was
c) het leven van de Atheense vrouw zich helemaal binnenshuis afspeelde
d) Pericles niet graag over vrouwen sprak
Tyrannie is een vorm van:
a) oligarchie
b) autocratie
c) democratie
d) aristocratie
Welke van de volgende uitspraken over Sparta is niet waar?
a) de Spartanen hadden een sterk leger
b) er waren maar weinig kunstenaars in Sparta
c) de meeste Spartanen waren boeren
d) de Grieken geloofden lange tijd dat de Spartanen onverslaanbaar waren
De mengcultuur van Alexander de Grote heet:
a) klassieke cultuur
b) antieke cultuur
c) Grieks-Romeinse cultuur
d) Hellenisme
Een gymnasium was in de Griekse Oudheid een:
a) sportschool
b) school voor filosofie
c) school waar Grieks geleerd werd
d) school waar je een goed redenaar kon worden
"Kom terug met of op je schild."
Dit is een citaat van:
a) een gymnasiumleraar
b) een Spartaanse moeder
c) een Griekse filosoof
d) Socrates
"Als ossen een god hadden, zou dat een hele mooie os zijn".
Dit is een citaat van:
a) een Griekse filosoof
b) een Spartaanse moeder
c) een gymnasiumleraar
d) een Atheense politicus
"Eureka"
Dit is een citaat van:
a) Socrates
b) Archimedes
c) een gymnasiumleraar
d) een Griekse filosoof
"Jij, draai je om. Jij daar pak, hem vast en neem hem in de houdgreep."
Dit is een citaat van:
a) een Spartaanse moeder
b) een Griekse filosoof
c) Archimedes
d) een gymnasiumleraar
1 Onderwereld
2 Kreta
3 Agamemnon
4 Tantalus
5 Knossos
6 Cyclopen
7 Helena
8 Labyrint
9 Thermopylae
10 Hades
11 Ilias
12 Hector
13 Persephone
14 Theseus
15 Odysseus
16 Achilles
17 Demeter
18 Apollo
19 Patroklos
20 Ariadne
21 Zeus
De sage van de Minotaurus hoort bij:
a) 2,8,14,20
b) 2,8,13,14
c) 2,10,17,20
d) 5,7,14,20
De Trojaanse Oorlog hoort bij:
a) 11,12,13,15,16,19
b) 1,3,6,7,11,12,15
c) 4,5,6,9,10,11,15
d) 3,7,11,12,15,16,19
Het verhaal over het ontstaan van de seizoenen hoort bij:
a) 1,10,13,17
b) 4,10,13,17
c) 4,10,17,18
d) 3,4,8,17
Geen enkele van deze drie bovenstaande verhalen hoort bij:
a) 4,5,6,9,18,21
b) 4,5,6,9,10,11
c) 11,12,13,15,19,21
d) 2,3,8,13,15,16
TEKST(uit de Ilias)
In het Griekse kamp kon Patroklos eindelijk begraven worden.
Toch vond Achilles geen rust. Zijn hart werd verteerd door verdriet en wraakzucht. Na iedere slapeloze nacht bond hij het lijk van Hector aan zijn wagen en sleurde het driemaal om het graf van Patroklos. Negen dagen lang herhaalde zich dit gruwelijke schouwspel.
Uiteindelijk sloop Priamus, Hectors oude vader, in de nacht naar het Griekse scheepskamp om als vader voor het lijk van zijn zoon te smeken. Pas toen de oude man voor hem stond werd het hart van Achilles geraakt door medelijden. Met heimwee dacht hij aan zijn eigen vader, die ook oud was en ook spoedig zou treuren om de dood van een zoon. Achilles was diep ontroerd en gaf het lijk van Hector vrij.
Homerus maakte van Achilles een mens van vlees en bloed. Wat maakt Achilles zo menselijk?
a) hij is een harde krijger die alleen maar aan vechten en moorden denkt
b) hij heeft goede en slechte eigenschappen. Hij is erg dapper maar laat de Grieken ook in de steek. Hij kent medelijden maar is ook wraakzuchtig
c) hij is een slecht mens omdat hij zijn vriend Patroklos zomaar laat sneuvelen voor de muren van Troje
d) hij is best wel een goed mens want hij heeft medelijden met Priamus, die toch als koning van Troje zijn vijand is, want hij geeft hem het lijk van zijn zoon terug om het te begraven
Rond 450 voor Christus sprak de staatsman Pericles:
"Wij hebben een regeringsvorm, die niet afgekeken is van anderen. Wij zijn eerder een voorbeeld voor anderen dan dat anderen een voorbeeld voor ons zijn. Invloed op het bestuur is bij ons niet een voorrecht voor weinigen maar een recht voor velen".
Over welke regeringsvorm gaat deze tekst?
a) oligarchie
b) monarchie
c) aristocratie
d) democratie
TEKST: HERACLES.
Heracles was een zoon van de oppergod Zeus en Leda. Toen de kleine Heracles in de wieg lag stuurde Hera, de zus en de vrouw van Zeus, die hem haatte, twee enorme slangen op hem af. Maar de kleine held wurgde de slangen met zijn blote knuistjes. Hij had zijn kracht blijkbaar niet van een vreemde!
Toen Heracles volwassen werd sloeg Hera genadeloos toe: zij zorgde ervoor dat Heracles zijn verstand verloor en zijn vrouw en kinderen vermoordde.
Als straf voor deze gruwelijke daad moest Heracles twaalf onmogelijke opdrachten uitvoeren, de zg. twaalf werken van Heracles.
Voor een van zijn opdrachten moest Heracles de stallen van koning Augias schoonmaken. Deze Augias was enorm rijk en in zijn stallen stonden duizenden runderen. De stallen waren in geen dertig jaar schoongemaakt en Heracles moest ze binnen een dag schoon hebben en wel in zijn eentje!
Hij begreep dat hem dat op een gewone manier nooit zou lukken.
Dicht langs de stallen stroomde echter een rivier. Heracles verlegde de bedding van de rivier en het water kolkte door de stallen. Tegen de avond waren de stallen van koning Augias schoon.
Voor een andere opdracht had Heracles de hulp nodig van Atlas. Atlas was reusachtig sterk en droeg het hemelgewelf op zijn schouders. Hij wilde Heracles wel helpen maar dan moest deze zijn zware last even overnemen.
Toen Atlas terugkwam zei hij tegen Heracles dat hij geen zin meer had om het hemelgewelf weer te dragen!
Heracles antwoordde: "Dat is goed, maar neem mijn last even over, zodat ik een kussen op mijn schouder kan leggen."
De onnozele Atlas trapte in de list van Heracles...
Wat betekent in onze taal de uitdrukking "het is hier een Augiasstal":
a) het huis van een rijk man
b) een moeilijke opdracht die iemand krijgt
c) een straf die iemand krijgt
d) een grote rommel
En gewricht in ons lichaam is genoemd naar Atlas. Welk gewricht zal dat zijn?
a) het kniegewricht
b) het ellebooggewricht
c) het nekgewricht
d) het enkelgewricht
Hera kon Heracles niet uitstaan omdat:
a) hij door haar beroemd geworden was (de naam Heracles betekent nl.
door Hera beroemd)
b) hij bijna even sterk was als zij terwijl zij een godin was
c) hij een zoon van Zeus en een andere vrouw was
d) hij zijn vrouw en kind vermoord had
Het verhaal van de godin Demeter en de god Hades probeert te verklaren dat:
a) de goden op mensen leken
b) er seizoenen zijn
c) er ook vroeger al mensen ontvoerd werden
d) sommige goden door en door slecht waren
De Gouden Eeuw voor Athene viel in de:
a) 6e eeuw voor Christus
b) 5e eeuw voor Christus
c) 4e eeuw voor Christus
d) 3e eeuw voor Christus
De Gouden Eeuw dankt Athene vooral aan:
a) Herodotus
b) Phidias
c) Pericles
d) Sophocles
Oorsronkelijk was de Acropolis een:
a) burchtheuvel waar mensen in noodgevallen naar toe konden vluchten
b) heuvel waar de belangrijkste gerechtsgebouwen stonden
c) heuvel waar de grote tempel van de godin Athene stond
d) heuvel waar de kooplui elke week een grote markt hielden
En andere naam voor de polis Athene is:
a) Hellas
b) Pallas Athene
c) Attica
d) Agora
Hoe breidde Pericles de Atheense democratie uit?
a) voortaan mochten ook vrouwen meebeslissen
b) voortaan mochten ook slaven de volksvergadering bijwonen
c) voortaan kregen ook vreemdelingen stemrecht
d) voortaan kregen arme burgers een vergoeding wanneer zij de volksvergadering bijwoonden
Waarom noemen we de Griekse geschiedenis de "Klassieke Oudheid"?
a) omdat veel van wat de Grieken gepresteerd hebben voor historici nog altijd van grote waarde is
b) omdat de Griekse cultuur tot voorbeeld diende voor de Romeinse cultuur die voor ons van grote waarde is
c) omdat veel van wat de Grieken gepresteerd hebben nog altijd veel waarde heeft voor ons
d) omdat met name archeologen veel waarde hechten aan de overblijfselen uit de Griekse Oudheid