Voorbeeld meerkeuzevragen over Ontdekkingsreizen
Welk van de onderstaande antwoorden is niet juist:
De eerste Europese avonturiers hebben veel wandaden bedreven in
Zuid-Amerika omdat:
a) zij zo snel mogelijk rijk wilden worden
b) zij beschikten over vuurwapens en de Indianen niet
c) de Indianen toch maar heidenen waren
d) zij een hard en gevaarlijk leven gewend waren
In de 15e eeuw voeren de schepen zo dicht mogelijk langs de kust omdat:
a) ze dan hun kompas beter konden gebruiken
b) de wind hen anders weer terug de oceaan op zou blazen
c) ze dan beter konden zien waar ze waren
d) het water er niet zo diep was ingeval ze schipbreuk leden
Onder "breedte" verstaat men:
a) de oost-west positie op het noordelijk halfrond
b) de oost-west positie op het zuidelijk halfrond
c) a) en b)
d) geen van beide
Om de breedte te bepalen gebruikten de zeelieden:
a) het kompas
b) het knopenlood
c) de poolster
d) de astrolabe
Om de positie te bepalen had men niet nodig:
a) een zandloper
b) een astrolabe
c) een dieplood
d) een knopenlood
Een schip voer het snelste van Europa naar Indië met:
a) rechthoekige zeilen
b) latijnzeilen
c) een combinatie van beiden
d) een combinatie van latijnzeilen en driehoekige zeilen
Veel zeelieden stierven aan scheurbuik omdat:
a) men alleen voedsel kon conserveren door roken in inzouten
b) men bier in plaats van water dronk
c) er besmettelijke ziekten uitbraken
d) ze bedorven voedsel aten
De Conquistadores vernietigden rond 1520 het rijk van de:
a) Azteken
b) Inca's
c) Indianen
d) Maya's
De westerse expansie werd door de Islam bedreigd:
a) op de kust van India
b) in Noord-Europa
c) in Oost-Europa
d) in West-Afrika
De reden dat Spanje en Portugal aan de Paus vroegen een verdelingsverdrag voor de nieuw te ontdekken gebieden op te stellen, het latere verdrag van Tordesillas, was:
a) de Paus stond bekend als een onpartijdig en volstrekt eerlijk man
b) de Paus had veel verstand van vreemde werelddelen want hij reisde veel
c) de Paus werd zowel door Spanjaarden als Portugezen erkend als hun geestelijk leider
d) alleen de Paus kon de naleving van het verdrag afdwingen
De Hollanders veroverden de Caribische gebieden om:
a) Spaanse schepen met zilver beter te kunnen overvallen
b) Spaanse schepen met tabak beter te kunnen overvallen
c) Spaanse schepen met rietsuiker en rum beter te kunnen overvallen
d) Spaanse schepen met slaven beter te kunnen overvallen
De ontdekkingsreizigers in Zuid-Amerika waren:
a) Spanjaarden, Portugezen, Engelsen en Fransen
b) Spanjaarden, Portugezen en Hollanders
c) Spanjaarden, Portugezen en Engelsen
d) Mensen in dienst van de Spaanse of Portugese regering
De Portugezen veroverden alleen de kuststreken omdat:
a) het mogelijk was daar handel te drijven en dat was hun voornaamste doel
b) zij geen mensen en wapens hadden om hele gebieden te veroveren
c) zij uitsluitend een zeevarend volk waren en niets voelden voor oorlogvoeren
d) de afstanden vanuit Portugal te groot waren om meer gebied in bezit te nemen
In de tweede helft van de 15e eeuw was men in staat verre tochten te ondernemen omdat:
a) men toen over goede kaarten beschikte
b) men grote behoefte had aan producten uit andere werelddelen
c) de mensen toen moediger waren dan in de Middeleeuwen
d) men toen over betere schepen en navigatiemiddelen beschikte
Een van de belangrijkste gevolgen van de ontdekkingstochten in de 15e en 16e eeuw was:
a) het begin van een wereldeconomie
b) de opkomst van het protestantisme
c) het ontstaan van vele nieuwe culturen
d) grotere welvaart voor de ontdekte gebieden
Wat is niet juist: Factorijen waren nodig om:
a) de handel te beschermen
b) de zeevaart te vergemakkelijken
c) de producten te kunnen verkopen
d) vuurwapens te kunnen verkopen
TEKST
"Ik zend dus aan Zijne Majesteit een eigenhandig ontworpen kaart waarop uwe kusten en eilanden getekend zijn, waarop de weg begint en de plaatsen waar men, steeds naar het westen zeilend, moet aankomen, en hoever men van de pool en de equator moet afwijken en na hoeveel mijlen men aan die oorden moet komen, die de grootste overvloed van kruiden en edelgesteente bezitten.
Verwonder U er niet over dat ik dat het Westelijk gebied noem waar de specerijen zijn, terwijl het gewoonlijk als het oostelijk gebied wordt aangeduid, omdat door zeevaarten die streken in Westelijke richting gevonden worden, terwijl ze te land door tochten in Oostelijke richting bereikt worden."
Bron: Brief van Toscanelli.
Uit de bovenstaande tekst blijkt dat Toscanelli:
a) een handelaar in specerijen was
b) een ontdekkingsreiziger was
c) dacht dat de aarde een bol was
d) dacht dat de aarde plat was
In 1488 zeilt de Portugees Barthelomeas Dias langs de Westkust van Afrika en bereikt Kaap de Goede Hoop. Deze tocht wordt weergegeven door het cijfer:
a) 3
b) 4
c) 5
d) 6
In 1492 ontdekt de Italiaan in Spaanse dienst, Christoffel Columbus, de eilanden in de Caribische Zee.
Hij denkt dat hij in Indië aangekomen is en noemt de bewoners dus Indianen. Hij maakt de beroemdste vergissing uit de wereldgeschiedenis; hij is immers in Amerika aangekomen. Deze tocht wordt weergegeven door het cijfer:
a) 1
b) 2
c) 3
d) 5
In 1497-1498 vaart de Portugees Vasco da Gama om Zuid-Afrika heen. Hij blijft langs de kust varen en bereikt tenslotte Goa op de kust van India.
Deze tocht wordt weergegeven door het cijfer:
a) 3
b) 4
c) 5
d) 6
In 1497-1498 ontdekt de Portugees in Engelse dienst, Giovanni Cabotto het eiland New Foundland en de Oostkust van Noord-Amerika.
Deze tocht wordt weergegeven door het cijfer:
a) 1
b) 2
c) 5
d) 6
In 1500 wil de Portugees Cabral, net als Vasco da Gama voor hem, om Zuid-Afrika heen varen om in India aan te komen. Hij raakt ietwat uit de koers en ontdekt bij toeval de kust van Brazilië.
Deze tocht wordt weergegeven door het cijfer:
a) 1
b) 2
c) 3
d) 5
De Portugees in Spaanse dienst, Magelhaen, probeert een reis om de wereld te maken. Hij zeilt eerst om Zuid-Amerika heen, ontdekt daarbij dus de Straat van Magelhaen, een tegenwoordig weinig bevaren route en vaart daarna naar het noordwesten. Hij bereikt een eilandengroep die hij naar zijn Koning noemt, de Filippijnen en maakt daar van de gelegenheid gebruik om te sneuvelen in een gevecht met inboorlingen. De bemanning van één van zijn schepen vaart verder en keert, om Afrika heen, terug in Spanje.
Deze tocht wordt weergegeven door het cijfer:
a) 3
b) 4
c) 5
d) 6
De Portugezen stichtten langs de kusten van Afrika en Azië:
a) plantages
b) factorijen
c) grote rijken
d) steden
Welke opvatting hadden de meeste mensen tijdens de Middeleeuwen niet?
a) het middelpunt van de wereld is Jeruzalem
b) de aarde is plat
c) de wereld bestaat uit het Middellandse-Zeegebied en Europa
d) Azië en Amerika is hetzelfde
Waaraan stierven veel Indianen in de 16e en 17e eeuw niet?
a) aan in de Nieuwe Wereld voorheen onbekende ziektes
b) aan het onmenselijke gedrag van de blanken ten opzichte van Indianen
c) aan het voeren van langdurige en bloedige oorlogen met tegen de Europeanen
d) aan het onderlinge oorlogvoeren
A: Na de Middeleeuwen brak in Europa de Nieuwe Tijd aan.
B: De Spanjaarden bereikten in 1488 Kaap de Goede Hoop.
a) Stelling A en stelling B zijn allebei juist
b) Stelling A is juist en stelling B is onjuist
c) Stelling A is onjuist en stelling B is juist
d) Stelling A en stelling B zijn allebei onjuist
A: Columbus bereikte in 1492 India.
B: Columbus noemde het door hem ontdekte land Colombia.
a) Stelling A en stelling B zijn allebei juist
b) Stelling A is juist en stelling B is onjuist
c) Stelling A is onjuist en stelling B is juist
d) Stelling A en stelling B zijn allebei onjuist
A: De Portugezen zochten samen met de Moslims naar een zeeweg naar
Indië.
B: De Portugezen namen Brazilië in bezit.
a) Stelling A en stelling B zijn allebei juist
b) Stelling A is juist en stelling B is onjuist
c) Stelling A is onjuist en stelling B is juist
d) Stelling A en stelling B zijn allebei onjuist
A: De Portugezen wilden in Azië specerijen en zijde halen.
B: De Indianen werden door de blanken meestal goed behandeld.
a) Stelling A en stelling B zijn allebei juist
b) Stelling A is juist en stelling B is onjuist
c) Stelling A is onjuist en stelling B is juist
d) Stelling A en stelling B zijn allebei onjuist
A: Miljoenen Amerikanen trokken naar Europese kolonies in Afrika.
B: In Europa leerden de mensen door de ontdekkingsreizen producten als
thee, koffie en cacao kennen.
a) Stelling A en stelling B zijn allebei juist
b) Stelling A is juist en stelling B is onjuist
c) Stelling A is onjuist en stelling B is juist
d) Stelling A en stelling B zijn allebei onjuist
A: De blanken bouwden hun forten diep in de binnenlanden van Afrika.
B: Vanuit de forten werden de negerslaven naar Amerika vervoerd.
a) Stelling A en stelling B zijn allebei juist
b) Stelling A is juist en stelling B is onjuist
c) Stelling A is onjuist en stelling B is juist
d) Stelling A en stelling B zijn allebei onjuist
A: Vanuit de forten werden de binnenlanden van Afrika veroverd.
B: De forten dienden ter bescherming van de slavenhandelaren.
a) Stelling A en stelling B zijn allebei juist
b) Stelling A is juist en stelling B is onjuist
c) Stelling A is onjuist en stelling B is juist
d) Stelling A en stelling B zijn allebei onjuist
Reis 1 werd gemaakt door:
a) Columbus
b) Vasco da Gama
c) Barthelomeas Diaz
d) Heemskerk
Reis 2 werd gemaakt door:
a) Columbus
b) Vasco da Gama
c) Barthelomeas Diaz
d) Heemskerk
Reis 3 werd gemaakt door:
a) Columbus
b) Vasco da Gama
c) Barthelomeas Diaz
d) Heemskerk
Reis 4 werd gemaakt door:
a) Columbus
b) Vasco da Gama
c) Barthelomeas Diaz
d) Heemskerk
Reis 5 werd gemaakt door:
a) Columbus
b) Vasco da Gama
c) Barthelomeas Diaz
d) Magelhaen
Barthelomeas Diaz maakte zijn reis in opdracht van:
a) Portugal
b) Spanje
c) Republiek der Verenigde Nederlanden
d) Italië
Vasco da Gama maakte zijn reis in opdracht van:
a) Portugal
b) Spanje
c) Republiek der Verenigde Nederlanden
d) Italië
Heemskerk maakte zijn reis in opdracht van:
a) Portugal
b) Spanje
c) Republiek der Verenigde Nederlanden
d) Italië
Columbus maakte zijn reis in opdracht van:
a) Portugal
b) Spanje
c) Republiek der Verenigde Nederlanden
d) Italië
Barentsz maakte zijn reis in opdracht van:
a) Portugal
b) Spanje
c) Republiek der Verenigde Nederlanden
d) Italië
Magelhaen maakte zijn reis in opdracht van:
a) Portugal
b) Spanje
c) Republiek der Verenigde Nederlanden
d) Italië
Christoforo Colombo en Cristobal Colon zijn andere namen waaronder Columbus bekend is omdat:
a) dit Indiaanse en Amerikaanse namen zijn
b) dit Portugese en Nederlandse namen zijn
c) dit Indische en Chinese namen zijn
d) dit Italiaanse en Spaanse namen zijn
Bij de oorzaak: de overtuiging Indië bereikt te hebben hoort gevolg:
a) specerijen zijn peperduur
b) benaming Indianen
c) walvisjacht
d) achteruitgang Italiaanse specerijenhandel
Bij de oorzaak: de zoektocht naar de noordelijke route naar China hoort gevolg:
a) specerijen zijn peperduur
b) benaming Indianen
c) walvisjacht
d) achteruitgang Italiaanse specerijenhandel
Bij de oorzaak: het monopolie van Arabische en Italiaanse kooplui hoort gevolg:
a) specerijen zijn peperduur
b) benaming Indianen
c) walvisjacht
d) achteruitgang Italiaanse specerijenhandel
Bij de oorzaak: de ontdekking van de zeeweg naar Indië hoort gevolg:
a) specerijen zijn peperduur
b) benaming Indianen
c) walvisjacht
d) achteruitgang Italiaanse specerijenhandel
a: evenaar A: officieren
b: scheurbuik B: vers voedsel
c: toilet C: windstilte
d: Kaap de Goede Hoop D: monopolie
e: handel met Arabieren E: bindweefsel
"Sukkelen onder de linie" past het beste bij:
a) a en C
b) c en A
c) d en B
d) e en D
"Herberg van twee oceanen" past het beste bij:
a) a en C
b) d en B
c) c en A
d) b en E
"Italiaanse kooplieden" past het best bij:
a) c en A
b) b en E
c) e en D
d) d en B
"Hut" past het beste bij:
a) a en C
b) d en B
c) b en E
d) c en A
"Gebrek aan vitamine C" past het beste bij:
a) c en A
b) b en E
c) e en D
d) d en B
De doodsoorzaak van een bemanning op een oorlogsschip in de 16e eeuw was als volgt:
A: gevechten met de vijand: 8%
B: brand en schipbreuk: 10%
C: ziekten: 50%
D: ongelukken: 31%
Wat was volgens de grafiek de voornaamste doodsoorzaak?
a) A
b) B
c) C
d) D
Welk percentage is het merkwaardigste?
a) A
b) B
c) C
d) D
Welke ziekte zal de meeste doden hebben gekost?
a) wondinfecties
b) pokken
c) pest
d) scheurbuik
Er stierven percentueel minder officieren dan gewone manschappen omdat:
a) de officieren een beter gevoel voor hygiëne hadden dan de gewone manschappen
b) de officieren intelligenter waren dan gewone bemanningsleden
c) de officieren een betere verzorging en betere verblijfplaatsen hadden
d) de manschappen veel harder moesten werken dan de officieren